“Je moet het loslaten!” Hoe vaak wordt die opmerking niet te pas en te onpas gebruikt? “Je bent goed, zoals je bent!” Ook zo’n geweldige oneliner…
Maar wat doe je hiermee als je jezelf helemaal niet goed voelt, zoals je bent? Als je voelt, dat je er niet toe doet, terwijl je met je verstand heus wel weet dat je er net zoveel toe doet als ieder ander? Wat als dat gevoel zo diep in jezelf zit verankert, dat je dat gevoel geworden bent? “Dan moet je dat gevoel loslaten!”, is dan het meest waarschijnlijke antwoord. Maar dat betekent dus concreet dat je het complete beeld, dat je van jezelf hebt, moet loslaten. Nog een stapje verder betekent dat, dat je jezelf moet loslaten; afscheid nemen van je eigen “IK”. Afscheid nemen van wie je was en op zoek gaan naar wie je bent. Loslaten wie je voelt te zijn, is eng. Niet spannend, maar doodeng! Want in je overtuiging, is dit wie je bent.
Waar gaat dit verhaal heen, denk je als lezer nu misschien. Wat heeft dit, wellicht enigszins wanhopige, wanhopige verhaal met rouwverwerking van doen? Rouwverwerking betekent voor mij stilstaan bij wat er was in al zijn facetten en het verdriet dat bij het verlies hoort een plekje in je hart geven. Niet om te vergeten, maar om ruimte te maken voor nieuwe dingen, inzichten en ervaringen. Bij een overlijden van een dierbare neem je vaak niet zelf de keus om afscheid te nemen. Die keus wordt voor je gemaakt door bijvoorbeeld een ziekte. Bij een afscheid van jezelf is het wel een keuze die bewust en met het hele hart genomen mag worden. Ik schrijf heel bewust “mag”, want van “moeten” is in dit geval geen sprake. Je hoeft namelijk geen afscheid van jezelf te nemen. Je kunt er ook voor kiezen om deze “zelf” te blijven, compleet met alle minderwaardigheidsgevoelens die daarbij horen. Maar zou je jezelf dan niet veel te kort doen?
Dankzij alle lieve mensen die ik om me heen heb mogen verzamelen, ben ik er inmiddels van overtuigd, dat je jezelf dan echt te kort doet! Zij hebben mij duidelijk gemaakt dat ieder mens een mooi mens is met zijn goede en minder goede kanten. Dat ieder mens precies zoals hij of zij bedoeld is op de wereld is gekomen. Mijn hoofd weet dit inmiddels wel, nu mijn hart nog…
Mijn hoofd weet inmiddels wel dat ik niet mijn overtuigingen ben en wil er graag afscheid van nemen. Maar mijn hart is nog niet zover. Dat is er nog van overtuigd dat ik mijn overtuigingen ben en dat ik er niet meer ben als ik dat laat gaan. Want wie ben ik als ik niet ben, wie mijn hart gelooft dat ik ben? Dat antwoord heeft mijn hoofd ook niet en dus is er een strijd gaande tussen mijn hart en mijn hoofd. De “winnaar” is al lang bekend, maar de “verliezer” wil nog niet opgeven; zit nog te verankert in oude overtuigingen en angst.
Toen Hans mij vroeg om een verhaal te schrijven voor op zijn site, wist ik al dat ik hierover wilde schrijven. Met het schrijven van dit stuk neem ik afscheid, niet van mezelf, maar van mijn overtuigingen. Want ik ben er altijd geweest en zal er ook altijd blijven. Ik ben ik en niet wat ik dacht te zijn. Maar elk afscheid doet pijn en vraagt om een tijd van rouw. Een tijd van bezinning, terugkijken en de mooie herinneringen in een doosje doen. Dan komt er vanzelf weer een tijd met nieuwe inzichten en ervaringen. Tot die tijd mag ik van mezelf de ruimte nemen om verdriet te hebben, zodat mijn hart de tijd heeft om te helen en ik kan worden wie ik mag zijn