Op 3 december 2018 bestond de Stichting Jouw Rouwverwerking (de Stichting) 5 jaar. Ja, 5 jaar alweer. Wat gaat de tijd toch hard.
De oprichting van de Stichting Jouw Rouwverwerking is een van de resultaten van de invulling van de laatste wens van mijn dochter Anne Birgit, toen zij in 2000 op 21-jarige leeftijd overleed. Zij wilde dat ik mijn ervaring ging inzetten om mensen te helpen met het verwerken van hun rouw. Dat moment, toen ik haar beloofde haar wens te realiseren, kan ik mij nog steeds helder herinneren, alsof het gisteren was gebeurd. Toen had ik echter nog geen enkel idee wat het voor mij persoonlijk zou gaan betekenen. Laat staan dat ik een idee had hoe ik de ommezwaai zou kunnen maken van het managen van complexe multidisciplinaire projecten naar rouwverwerking, maar uitdagingen ga ik zelden uit de weg. Een eenmaal gemaakte belofte is voor mij “heilig,” zeker wanneer het de invulling betreft van de laatste wens van je dochter.
In 2011 drong Mary-Anne, mijn echtgenote, vlak voor haar overlijden er op aan om de laatste wens van onze dochter te realiseren.
Toch heeft het uiteindelijk nog tot 2013 geduurd voordat ik het lef had om met de invullingvan mijn belofte te beginnen. Achteraf gezien was die lange periode noodzakelijk. In die periode mocht ik complexe internationale projecten managen met een soms onmogelijk hoge werkdruk. De medewerkers kwamen overal van de wereld vandaan, met verschillende achtergronden, talen, culturen en verschillende interpretaties van woorden, meningen en begrippen. Het zelfde gold voor de klanten waarvoor wij werkten. Na het overlijden van Mary-Anne was ik in de daaropvolgende jaren steeds langer en steeds verder van huis. Het leek alsof ik vluchtte in mijn werk. Het was niet alleen vluchten, het was ook de uitdaging die ik aanging. In die periode gaf ik voornamelijk leiding aan mensen in de meest uiteenlopende situaties… het was ook de periode dat mijn gouden teams ontstonden. Alsof het zo had moeten zijn… die periode bleek de opgedane ervaring, hoe om te gaan met de meest uiteenlopende mensen, een goede voorbereiding te zijn voor de invulling van de laatste wens van mijn dochter Anne Birgit.
In de zomer van 2013 begon ik eindelijk te schrijven over mijn rouw en de verwerking van mijn rouw. Het was ook de periode waar ik bij toeval in het NRC de artikelen tegenkwam van Gijsbert van Es over de verwerking van rouw. Het centrale thema van de artikelen van Gijsbert was hoe mensen 10 tot 15 jaar later omgingen met hun verdriet van het verlies van een dierbare. In de aanloop naar het interview eind 2013 ontstonden ook de ideeën hoe ik mijn belofte aan mijn dochter kon invullen. Het resultaat was dat in december 2013 de Stichting Jouw Rouwverwerking werd opgericht en een interview door Gijsbert in het NRC werd gepubliceerd over de verwerking van mijn rouw 13 jaar na het overlijden van mijn dochter en hoe ik haar laatste wens wilde concretiseren. Alsof het zo had moeten zijn… op dat moment vielen stukjes van de puzzel op hun plaats.
Het uitgangspunt voor de Stichting werd in 2013 ondermeer omschreven als:
“Het persoonlijk verlies dat mensen doormaken kun je nauwelijks voorstellen anders dan door diegenen die dit eerder hebben ervaren en bereid zijn de lessen die zij daarbij hebben geleerd met anderen te delen en hen te laten zien dat er wel degelijk een licht is aan het einde van de tunnel.”
Een paar jaar later kwam ik erachter dat het licht aan het einde van de tunnel niet belangrijk is, maar het licht dat in jouzelf zit. Dat licht in jouzelf is echter belangrijk en het zal je altijd in veiligheid brengen [1].
In de zomer van 2017 constateerde ik dat ik op een punt was gekomen dat ik daadwerkelijk kon zeggen dat ik mijn overleden dierbaren heb losgelaten en dat zij daarmee verder kunnen gaan op hun pad in het universum waar zij nu zijn. Hun aanwezigheid kan ik weliswaar niet meer voelen maar op de een of andere manier besef ik dat we altijd met elkaar verbonden blijven. Tegelijkertijd gaf mijn gevoel ook duidelijk aan dat de verwerking van mijn rouw weliswaar was afgerond, maar dat dit naar mijn mening nooit voltooid zou zijn. Zo zijn er nog steeds momenten dat ik aan AnneBirgit en Mary-Anne terugdenk, dan voelt mijn verdriet als een zachte pijn.
Wat ik in die zomer ook ontdekte was dat ik voorbijging aan onnodig gedoe, onzin gesprekken of onzin discussies. Het voelde alsof ik een volledig nieuw leven moest samenpersen op dat deel van mijn levenspad waarop ik toen liep. Het werd mij ook duidelijk dat ik gebruikmakend van alle lessen die ik had geleerd, definitief verder kon met een leven vol blijdschap, kansen en vooral nieuwe uitdagingen.
Nu, in december 2018 is mijn beleving en het beeld van die zomer in 2017 alleen maar versterkt. Bijna iedere dag verbaas ik mij weer van de nieuwe kansen en mogelijkheden die ik op mijn levenspad tegenkom. Alsof het zo had moeten zijn… het is voor mij een bevestiging dat de aanpak van de Stichting voor mij persoonlijk heeft gewerkt… en tegelijkertijd is het voor mij een bevestiging dat ik met de juiste dingen bezig ben.
Terugkijkend, ja makkelijk gezegd als het meeste achter de rug is… terugkijkend, ben ik voor mijn gevoel sterker geworden… en gaat het tijdens de verwerking van rouw niet alleen over verdriet… maar juist ook over liefde, blijheid en geluk.
- “Er is niets wonderbaarlijks aan een wonder” – De essentie van White Bull, 1e druk, blz. 72, door Ian Graham, uitgeverij Happy View.